Als je fotografeert of filmt, wil je scherpe beelden. Maar soms krijg je last van bewegingsonscherpte, bijvoorbeeld door een trilling in je hand of een langere sluitertijd. Beeldstabilisatie helpt om dit te verminderen. Het is een technologie die kleine trillingen opvangt, zodat je foto's en video's scherper blijven.
Beeldstabilisatie compenseert ongewenste bewegingen. Dit kan op verschillende manieren, afhankelijk van het type stabilisatie. Sensoren in de camera of lens detecteren trillingen en corrigeren deze in real-time. Hierdoor wordt het beeld minder beïnvloed door kleine schokken of bewegingen van je hand.
Er zijn twee hoofdtypen: optische en digitale beeldstabilisatie.
Optische beeldstabilisatie (OIS) Hier worden fysieke onderdelen in de lens of de sensor verplaatst om trillingen te compenseren. Dit levert de beste resultaten, vooral bij fotografie en video-opnames.
Digitale beeldstabilisatie (EIS) Dit gebeurt via software en wordt vooral gebruikt in smartphones en action cams. De camera corrigeert trillingen door beeldinformatie te verschuiven of bij te snijden.
Sommige camera’s hebben stabilisatie in de body, maar lenzen kunnen ook stabilisatie hebben.
In-lens stabilisatie (IS, VR, OIS) De stabilisatie-elementen zitten in de lens. Dit is vooral nuttig bij telelenzen, omdat kleine bewegingen bij een lange brandpuntsafstand snel zichtbaar zijn.
In-body stabilisatie (IBIS) De sensor beweegt mee om trillingen te compenseren. Dit werkt met alle lenzen en is handig bij fotografie met langere sluitertijden.
• Scherpere foto’s bij langere sluitertijden
• Betere videokwaliteit zonder schokkerige beelden
• Minder afhankelijk van een statief
• Nuttig bij fotograferen met telelenzen of in donkere omstandigheden
Niet altijd. Als je vaak met een statief werkt of een snelle sluitertijd gebruikt, is het minder belangrijk. Maar als je veel uit de hand fotografeert of filmt, kan beeldstabilisatie een groot verschil maken.
Een stop verwijst naar een verdubbeling of halvering van de hoeveelheid licht die de sensor bereikt. Bij 5 stops stabilisatie kun je tot vijf keer langere sluitertijden gebruiken zonder bewegingsonscherpte. Dit betekent dat je bijvoorbeeld in situaties met weinig licht langer uit de hand kunt fotograferen zonder wazige beelden.
Bij 5-assige stabilisatie wordt beweging in vijf richtingen gecorrigeerd: horizontaal, verticaal, rotatie, pitch en yaw. Dit geeft een veel nauwkeurigere correctie dan traditionele stabilisatie die alleen horizontale en verticale bewegingen opvangt. Vooral bij video is dit een groot voordeel.
Als je veel fotografeert of filmt uit de hand, is een camera met IBIS of een lens met stabilisatie een goede keuze. Dit geldt vooral als je werkt met langere sluitertijden, telelenzen of in minder goed verlichte omstandigheden. Voor landschaps- of studiofotografie, waar je vaak een statief gebruikt, is het minder noodzakelijk.
Voor videografen is beeldstabilisatie een essentiële functie. Bij het opnemen van video’s uit de hand helpt stabilisatie om schokkerige beelden te verminderen en een vloeiender resultaat te krijgen. Veel moderne videocamera’s combineren optische en digitale stabilisatie voor nog betere prestaties. Voor professionele videografen is een gimbal of stabilizer soms een betere keuze dan alleen ingebouwde stabilisatie.
Een gimbal of stabilizer is een externe stabilisator die vaak door videografen wordt gebruikt. Dit apparaat maakt gebruik van motoren en gyroscopen om ongewenste bewegingen te compenseren. Gimbals zijn ideaal voor vloeiende, professionele beelden, vooral bij lopen of snelle camerabewegingen. Ze zijn een waardevolle aanvulling voor filmmakers die de beperkingen van interne stabilisatie willen omzeilen.
Sportfotografen werken vaak met snelle sluitertijden om beweging te bevriezen, waardoor beeldstabilisatie minder noodzakelijk lijkt. Toch kan stabilisatie handig zijn bij het gebruik van lange telelenzen, vooral wanneer er uit de hand wordt gefotografeerd. Het helpt bij het minimaliseren van microtrillingen die bij lange brandpuntsafstanden extra zichtbaar worden.
In situaties met weinig licht heb je vaak de keuze tussen een langere sluitertijd (met stabilisatie) of een hogere ISO-waarde. Beeldstabilisatie helpt bij het verminderen van bewegingsonscherpte zonder de ruis die een hoge ISO met zich meebrengt. Toch kan een combinatie van beide technieken nodig zijn, afhankelijk van de lichtomstandigheden en het onderwerp dat je fotografeert.
Beeldstabilisatie helpt je om scherpere foto’s en vloeiendere video’s te maken. Of je kiest voor stabilisatie in de camera of lens hangt af van je manier van werken. Het is geen must voor iedereen, maar voor veel fotografen en videomakers maakt het een groot verschil.